Waar of niet waar 2014-08-25

Niet waar. Val al in slaap bij het idee.

Volgende heeft het nieuwe event kalender gespottet.

 

Waar ,

De volgende loopt even flink uit te waaien

 

Niet waar, zonnetje schijnt hier met een beetje wind.

Volgende is blij dat er vanaf morgen weer een cadeau/ruil event is.

 

waar

de volgende heeft morgen een dag vrij

 

Niet waar ,

De volgende is druk aan het ruilen

 

niet waar.

de volgende gaat vanavond tennisen.

 

Niet waar ,

De volgende heeft even lekker buiten gezeten in het zonnetje

 

niet waar.
de volgende gaat straks even wandelen

 

Niet waar, ben net terug van boodschappen doen.

Volgende volgt de OS op de (spreekwoordelijke) voet.

 

Waar en niet waar ,

De volgende is zen kistjes aan het openen

 

niet waar
de volgende gaat zijn neus snuiten

 

Niet waar.

Volgende gaat zo de 5 kilometer bij de langebaanschaatsen van de vrouwen kijken.

 

waar


de volgende kijk vanavond naar voetbal

 

Niet waar wordt tennis kijken.

Volgende weet wat er vanavond qua eten op tafel komt.

 

niet waar (verassing)

de volgende is blij met de goude plak bij het schaatsen

 

Waar , zeer goed gedaan

Volgende zet morgen vroeg ontbijt neer in de boerenhut

 

Niet waar, staat er nog van vanmorgen.


Volgende heeft net de laatste was in de wasmachine gestopt (voor vandaag tenminste.)

 

Waar ,

De volgende doet morgen mee aan het fokevent

 

waar

de volgende heeft morgen weekend

 

waar

de volgende gaat morgen naar de dokter